Pagina's

maandag 1 oktober 2018

Droombaan

In het verlengde van doen wat je het liefste doet vroeg ik me af wat voor mij de ultieme droombaan zou zijn? Wat zou ik gaan doen als ik morgen wakker word en ik uit alle beroepen mag kiezen wat ik maar wil. Wat zou ik dan gaan doen?

Mijn grootste hobby’s zijn lezen en schrijven, dus het is logisch dat ik daar iets mee wil doen. Daarnaast ben ik opgeleid als leerkracht, en dat word je niet, dat ben je, dus ik wil ook graag anderen iets leren. Met deze ingrediënten ging ik aan het werk. Dromen dus.

Op een blanco A4-tje schreef ik ‘mijn ideale baan’ in het midden. Eerst was er de weerstand en de schaamte. Dit is toch niet reëel? Je houdt jezelf voor de gek. Ik tilde mezelf daar overheen en toen ging de kraan open. De associaties bleven komen. Nieuwsgierig naar hoe mijn ideale werkdag eruit zou zien, zelfs op maandag, opende ik een nieuw Word-bestand. De tekst rolde als vanzelf op het scherm. Ik zag alles tot in de kleinste details voor me: dwarrelende stofdeeltjes in de zonnestralen die het glimmende hout van de trapleuning zoveel intenser doen kleuren, de rode loper op de brede trap, de plavuizen in de hal, het kleine authentieke, maar moderne keukentje met de blauwe inrichting. Ik heb niet eens alles genoteerd, maar ik zou alles tot in het kleinste detail kunnen beschrijven. Ik weet hoe het ruikt, ik voel de positieve energie. Wat ik opschreef vind je in mijn blog hieronder.

En toen werd ik nieuwsgierig….bestaat dit echt?

Mijn ideale baan

Om half 8 trek ik mijn jas aan, pak mijn tas, geef René een kus en vertrek. Ik fiets er een half uurtje over en ik vind het heerlijk. Vooral ‘s morgens. Het is nog fris, maar ik ben erop gekleed. Het voelt bijna als vakantie om onderweg de zon op te zien komen boven de weilanden, waar het zonlicht de mist doet oplossen terwijl je wangen, je kin en je neus koud aanvoelen. Een stuk later geeft het zonlicht de herfstbladeren aan de bomen langs de kant van de weg een intense koperachtige gloed.

Iets na 8 uur duw ik met mijn voorband voorzichtig het ijzeren hek verder open. Het grind kraakt onder mijn voeten. Ik parkeer mijn fiets in het fietsenrek onder het afdak van golfplaten aan de zijkant van het monumentale pand. Ik loop achterom en kom binnen in de keuken, die al heerlijk naar koffie ruikt. Lex, de hoofdredacteur is er dus al. Ik zet de waterkoker aan, pak de grootste mok die ik kan vinden en een theezakje met groene thee uit de buffetkast in de authentieke maar toch moderne keuken.

Terwijl het water kookt loop ik door de hal naar de kamer van Lex. Ik wens hem goedemorgen en vraag hem hoe zijn weekend was. Hij vertelt enthousiast over het uitje met zijn vrouw Anna en de kleinkinderen. Ik vertel nog over ons weekend en als ik de klik van de waterkoker hoor, loop ik met een goed gevoel terug naar de keuken. Ik zet een kop thee en voordat ik de trap beklim roept Lex uit zijn kamer ‘Heb je aan de lunch gedacht, van vanmiddag?’ Ik lach in mezelf en antwoord bevestigend. Alsof ik dat vergeet! Vanmiddag is het de eerste maandag van de maand en lunchen we gezamenlijk met alle collega’s waarbij we tevens bespreken waar iedereen mee bezig is en welk werk er nog ligt of wat er nog verwacht wordt.

Boven neem ik plaats achter mijn bureau en pak mijn laptop uit mijn tas. Op mijn bureau liggen 4 manuscripten klaar, waarvan ik de eerste drie hoofdstukken mag lezen en daarna mag beoordelen of we ze gaan uitgeven of niet. Maar eerst check ik mijn mail, zodat ik kan zien of er bijzonderheden zijn of dat er iets met voorrang moet gebeuren. Dat is niet het geval. Ik kijk in mijn agenda en zie dat ik vandaag ingeroosterd ben om de website bij te houden en de mails te beantwoorden. De meeste mails van schrijvers die hun manuscript inleveren of soms auteurs die een andere vraag heeft over het uitgeefproces. En verder aanmeldingen voor en vragen over een van de cursussen die ik geef. De mails die we tijdens de lunch met de collega’s moeten bespreken print ik uit.

Vandaag en de komende maandagmiddagen geef ik een cursus aan auteurs die hun debuut schrijven wat we als uitgeverij zoeken in een boek en hoe zij de kans kunnen vergroten dat hun boek wordt uitgegeven. Daarbij ondersteun ik ze als ze vragen hebben over het schrijfproces. Klassikaal, want daar kunnen anderen ook bij gebaat zijn.

Eerst even mijn thee opdrinken, voordat die koud wordt. Ik open de openslaande deuren naar het balkon en kijk vanaf daar uit over de groene tuin met de herfstige bomen die deze tuin omheinen. Hier is het zo stil. In de verte zie ik zwartbonte koeien in het weiland en ik hoor duidelijk een specht en een koekoek door het getsjilp van de mussen heen. De thee dampt heftig in de koude lucht en ik klem mijn handen goed om de mok om ze warm te houden.

Ik drink mijn thee, terwijl ik gestommel hoor in de keuken beneden. De rest is ook gearriveerd. Ik draai me om en stap de kamer weer in, door de houten balkondeuren met de tientallen glazen ruitjes die ik achter me sluit. Ik kijk naar de twee bureaus en de twee comfortabele banken bij de haard (die niet meer als zodanig in gebruik is). Wat een heerlijke werkplek heb ik toch!

Ellis komt de werkkamer in, zij gaat vandaag bij mij zitten. Marc en Tanja steken hun hoofd even om de deur om ons te begroeten en we hebben een kort gesprek over het weekend waarna zij in de kamer naast ons gaan zitten om te werken.

Ik pak het bovenste manuscript van de stapel en neem plaats op de comfortabele bank waar ik begin te lezen. Af en toe noteer ik een opmerking in de kantlijn. Ellis neemt plaats achter haar bureau. En dan is het stil. We gaan allebei op in het werk.

Tegen een uur of 10 stop ik met lezen en neem ik plaats achter het bureau om de website bij de werken en de mails te beantwoorden. De tijd vliegt. Opeens is het 12 uur en staan Marc en Tanja in de deuropening met de vraag of we zover zijn. Het is tijd om te lunchen. In de zomer laten we soms een lunch komen en picknicken we in de tuin. Nu gaan we naar een kleine lunchroom in het dorp. Het is een nuttig overleg. De taken worden verdeeld. Een uur later gaan we vol energie weer terug. Iedereen is gemotiveerd om weer verder te gaan met de klussen die er liggen of die erbij gekomen zijn na de lunch.

De tijd vliegt voorbij en het is alweer zo twee uur. Ik ruim mijn bureau een beetje op en print de lesvoorbereiding van vanmiddag uit, ook de lesstof voor de cursisten. Ik loop de trap af en zet alvast koffie en thee. Ik maak de zaal in orde en zorg dat alles klaar ligt als de cursisten vanaf half 3 binnen lopen. Het zijn er acht deze keer, dat is best een grote groep. Ze hebben er zin in, dat maakt het extra leuk om ze les te geven. Ze willen alles weten en zijn enorm leergierig.

Even na vijven beëindig ik de les. Als iedereen weg is ruim ik de zaal op en doe de afwas in de vaatwasser in de keuken. Ik praat de dag nog even door met Lex en met Marc, die ook bij Lex op de kamer staat en fiets heel tevreden, in mezelf zingend naar huis, genietend van de langzaam ondergaande zon. Ik voel me bevoorrecht dat ik morgen weer naar mijn werk mag, dat helemaal niet als werk voelt. Ik weet zeker dat ik in het weekend nog wel een manuscript onder handen pak of een lesje ga voorbereiden. En uiteraard ga ik verder met het schrijven van mijn nieuwste boek.